Het Lady Compton theaterorgel, bespeeld door Eddie Ruhier
Op zaterdag 7 mei 2016 gaf de Engelse organist Eddie Ruhier een concert op theaterorgel Lady Compton in het Draaiorgelmuseum te Haarlem. Ruim twee uur lang konden de aanwezigen genieten van het veelzijdige repertoire van Eddie, van licht klassiek tot regelrechte rock-‘n-roll. Wat kan zo’n orgel swingen!
Over Eddie Ruhier
Eddie Ruhier werd in 1950 geboren in Horncastle, een marktstadje in het noorden van Engeland. Zijn ouders hadden een piano. Eddie kon daar al snel op spelen; bovendien wist hij die als jong binkie met behulp van punaises om te toveren tot een honky-tonk piano.
Hij was toen al enorm muzikaal en kon erg goed zijn gehoor muziek spelen. Dat brak hem later op; omdat hij geen noten kon lezen, kon hij geen eindexamen doen aan de muziekschool, hoe goed zijn spel ook verder was.
Toch slaagde hij erin van de muziek zijn beroep te maken. Hij kreeg van zijn vader een Clavioline (een voorloper van de synthesizer, bekend van onder andere Telstar van The Tornados en Runaway van Del Shannon), later gevolgd door een klein Kimball orgel.
Bij toeval maakte hij kennis met een echt Hammondorgel waar hij na een moeizame start geheel verslingerd aan raakte. Na verloop van tijd kreeg hij een aanstelling als stadsorganist in Birmingham.
Inmiddels heeft hij de pensioengerechtigde leeftijd bereikt. Daarover zegt hij: “Ik heb een lange, heel fijne carrière achter de rug: ik speelde in ijspistes, verzorgde zomerconcerten, ik reisde de hele wereld over als organist op cruiseschepen, ik gaf overal ter wereld concerten – maar nu is het tijd om uit te rusten. Ik kan nooit stoppen met muziek maken, maar van nu af aan speel ik alleen voor mijn eigen plezier”.
Over het orgel Lady Compton
Het instrument dat Eddie Ruhier bij deze gelegenheid bespeelde werd in 1935 door de Londense fabriek John Compton gebouwd als theaterorgel voor een bioscoop in Rochester (Kent). Ook in talloze bioscopen kon je zo’n gigantisch instrument vinden, bij voorbeeld in de Haarlemse Cinema Palace aan de Grote Houtstraat.
Na een werkzaam leven als kerkorgel, onder andere in het plaatsje Orpington (Zuid-Engeland), en theaterorgel in de Stadsgehoorzaal van Middelburg, mocht het instrument met pensioen in het Haarlemse Draaiorgelmuseum, waar zij liefdevol gerestaureerd is en aangepast aan bespeling in deze ruimte.